Toelichting budgetten Sociaal Domein
Jeugdhulp (taakvelden 6.72 en 6.82)
Inmiddels is het nieuwe woonplaatsbeginsel in werking getreden en dat heeft een zichtbaar effect op onze budgetten. We zien namelijk dat we aanzienlijk minder kosten maken. We verwachten in 2022 uit te komen op circa € 6,8 miljoen aan kosten. Voor de meerjarenraming hebben we deze prognose als uitgangspunt genomen.
Budget jeugd | W 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
---|---|---|---|---|---|---|
Jeugdbudget tv 6.72 | 6.300.000 | 6.928.994 | 6.691.994 | 6.017.994 | 6.017.994 | 6.002.994 |
Jeugdbudget tv 6.82 | 500.000 | 559.559 | 559.559 | 559.559 | 559.559 | 559.559 |
Verlaging Wmo hh | -300.000 | -300.000 | -300.000 | -300.000 | -300.000 | |
Nieuw jeugdbudget | 6.800.000 | 7.188.553 | 6.951.553 | 6.277.553 | 6.277.553 | 6.262.553 |
Zichtbaar in bovenstaande tabel is de verlaging van het jeugdbudget ten gunste van de Wmo huishoudelijke hulp. Het budget Wmo huishoudelijke hulp dient namelijk te worden verhoogd vanwege oplopende kosten als gevolg van het abonnementstarief en de vergrijzing. In de meicirculaire 2022 is bekend gemaakt dat het Rijk plannen heeft het abonnementstarief aan te passen. De verwachte implementatietijd is lang en inwerkingtreding gaat niet voor 1 januari 2025 gerealiseerd worden. Zodoende zijn we genoodzaakt om het Wmo budget huishoudelijke hulp structureel te verhogen in verdere afwachting van wanneer de plannen hieromtrent gereed zijn.
Vanaf 2026 kent de verwachte compensatie voor jeugdhulp vanuit het Rijk een forse terugval. In 2027 is de verwachte compensatie zelfs geheel nihil. Zodoende zijn we genoodzaakt om voor de jaren 2026 en 2027 een extra onttrekking aan knop 1 saldo begroting te doen om het jeugdbudget op niveau te houden. In 2026 gaat het om € 520.000 en in 2027 om € 993.000.
De terugval in het budget vanaf 2025 wordt verklaard doordat we in de meerjarenraming jeugdhulp lagere budgetten hebben opgenomen vanwege verwachte lagere kosten waar het Rijk garant voor staat. Het Rijk werkt namelijk aan een hervormingsagenda Jeugd waar de besparingen uit moeten blijken. Voorbeelden van mogelijke besparingen zijn de invoering van een eigen bijdrage of het overdragen van de zwaarste jeugdzorg aan provincie of Rijk met als doel om dit efficiënter te kunnen organiseren.
Wmo
Op basis van de huidige prognose verwachten we in 2022 geen tekorten. Duidelijk is alleen wel dat in de meerjarenraming 2023-2027 het Wmo budget voor de huishoudelijke hulp ontoereikend is en dat er vanuit het Rijk op korte termijn geen oplossing komt voor het abonnementstarief. De kosten van de huishoudelijke hulp zijn de laatste jaren behoorlijk toegenomen als gevolg van het abonnementstarief en de vergrijzing. Zodoende is het voorstel om het budget voor de huishoudelijke hulp structureel met € 400.000 te verhogen ten laste van jeugdhulp en bijstand. We zien binnen de jeugdhulp en bijstand afnemende kosten in 2022 en zien kans om het tekort hieruit te dekken.
Budget huish. hulp | W 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
---|---|---|---|---|---|---|
Wmo budget HH | 2.900.000 | 2.480.000 | 2.480.000 | 2.480.000 | 2.480.000 | 2.480.000 |
Verhoging jeugdbudget | 300.000 | 300.000 | 300.000 | 300.000 | 300.000 | |
Verhoging buffer bijstand | 100.000 | 100.000 | 100.000 | 100.000 | 100.000 | |
Nieuw budget HH | 2.900.000 | 2.880.000 | 2.880.000 | 2.880.000 | 2.880.000 | 2.880.000 |
Bijstand, minima en andere inkomensregelingen (taakveld 6.3)
Het aantal mensen in de bijstand zit op een laag niveau. Ook bij de minima regelingen verwachten we in 2022 geen tekorten. Daarom is het voorstel om de buffer voor tekorten die we in de begroting voor bijstand hebben opgenomen te verlagen met structureel € 100.000. Deze buffer is oorspronkelijk ingesteld om tekorten ten opzichte van de BUIG uitkering af te dekken, maar de laatste jaren hebben we hier geen gebruik van hoeven maken. Na verlaging van de € 100.000 resteert nog circa € 150.000 buffer waarmee we eventuele tekorten in toekomstige jaren kunnen opvangen.
Begrote baten en lasten
Hieronder geven we de begrote baten en lasten per taakveld weer. De cijfers van de rekening 2021 zijn gebaseerd op de vastgestelde jaarstukken 2021. De cijfers van de begroting 2022 zijn conform de cijfers van de Bestuursrapportage 2022-I, aangevuld met de budgetten van ‘nog uit te voeren werken' en enkele administratieve begrotingswijzigingen. De cijfers van de begroting 2023 zijn zoals de begroting 2023 is opgesteld.
Onze inwoners | Begroting 2023 | Begroting 2022 | Rekening 2021 | |||||||||
Taakvelden | Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | |||
0.2 | Burgerzaken | 812 | 357 | 455 | 934 | 349 | 585 | 1.002 | 293 | 708 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
4.1 | Openbaar basisonderwijs | 139 | 24 | 115 | 137 | 24 | 113 | 130 | 16 | 114 | ||
4.3 | Onderwijsbeleid en leerlingzaken | 1.373 | 380 | 993 | 1.857 | 410 | 1.447 | 1.440 | 484 | 956 | ||
5.1 | Sportbeleid en activering | 450 | 37 | 413 | 450 | 37 | 413 | 420 | 133 | 287 | ||
6.1 | Samenkracht en burgerparticipatie | 1.787 | 1.787 | 2.150 | 159 | 1.991 | 1.530 | 70 | 1.460 | |||
6.2 | Wijkteams | 4.405 | 4.405 | 3.992 | 3.992 | 3.893 | 29 | 3.864 | ||||
6.3 | Inkomensregelingen | 9.445 | 7.931 | 1.513 | 9.826 | 8.247 | 1.579 | 8.683 | 8.436 | 247 | ||
6.4 | Begeleide participatie | 5.371 | 5.371 | 5.758 | 5.758 | 5.024 | 462 | 4.563 | ||||
6.5 | Arbeidsparticipatie | 879 | 15 | 864 | 956 | 15 | 941 | 656 | 12 | 644 | ||
6.6 | Maatwerkvoorziening (WMO) | 740 | 10 | 729 | 859 | 10 | 848 | 837 | 7 | 829 | ||
6.71 | Maatwerkdienstverlening 18+ | 6.166 | 106 | 6.060 | 6.513 | 106 | 6.407 | 6.290 | 127 | 6.163 | ||
6.72 | Maatwerkdienstverlening 18- | 6.707 | 78 | 6.629 | 6.823 | 78 | 6.746 | 7.825 | 57 | 7.768 | ||
6.81 | Geëscaleerde zorg 18+ | 20 | 20 | 20 | 20 | 22 | 22 | |||||
6.82 | Geëscaleerde zorg 18- | 560 | 560 | 560 | 560 | 583 | 583 | |||||
7.1 | Volksgezondheid | 1.064 | 1.064 | 1.315 | 1.315 | 1.084 | 106 | 978 | ||||
Totaal x € 1.000 | 39.918 | 8.938 | 30.978 | 42.150 | 9.435 | 32.715 | 39.419 | 10.232 | 29.186 |